iStock-156821750_small

Senator, you are no Jack Kennedy“. De zin waarmee Lloyd Bentsen in 1988 Dan Quayle in de hoek zette, geldt als één van de sterkste oneliners uit de geschiedenis van de Amerikaanse (vice-)presidentiële debatten. Maar zoals zoveel goede oneliners, was ook deze minutieus voorbereid. Het had overigens niet veel gescheeld of de zin was nooit uitgesproken. Als het aan Bentsen had gelegen, was het hele debat niet doorgegaan. En Bentsen was aanvankelijk ook niet overtuigd van deze oneliner. Aan zowel het bedenken van de oneliner als aan het overtuigen van Bentsen dat hij deze moest gebruiken, ging een intensieve periode vooraf. Een reconstructie van de voorbereiding…

Vooraf

De presidentsverkiezingen van 1988 gingen tussen de Republikein George H.W. Bush en de Democraat Michael Dukakis. Bush koos als zijn running-mate de 41-jaar oude, relatief onbekende senator Dan Quayle. Dukakis koos voor de veel oudere en veel meer ervaren senator Lloyd Bentsen. Bentsen stond bekend als degelijk, maar ook als stijf en zwijgzaam. Twaalf jaar eerder had hij al eens vergeefs meegedaan voor de nominatie voor presidentskandidaat, maar hij was kansloos. Hij werd in de media wel vergeleken met spiegelglas: je weet dat het bestaat maar je kunt het nooit zien.

In de weken voorafgaand aan het debat tussen de beide kandidaat-vicepresidenten maakte Bentsen zich grote zorgen. Hij was er zich bewust van dat zijn tegenstander het veel beter voor de camera zou doen met zijn jeugdige uitstraling, fotogenieke uiterlijk en grappige spitsvondigheden. Bentsen werd zelfs zo nerveus en onzeker dat hij zijn medewerkers smeekte om het debat af te zeggen. Maar afzeggen kon natuurlijk niet. Zijn team moest hem daarom minutieus voorbereiden op het televisiedebat.

Het gaat om die 90 seconden!

Het debat tussen twee kandidaat-vicepresidenten zou 90 minuten duren. “Maar in een debat van 90 minuten gaat het om dat ene moment”, vertelde Susan Estrich, campagnemanager van Michael Dukakis, later. “Het grootste deel van een verkiezingsdebat is standaard. Je krijgt de standaard speeches van de kandidaten en de standaard antwoorden op standaard vragen. Inhoud die iedereen al honderden keren gehoord heeft. Maar beide teams proberen die 90-seconden die honderden keren herhaald gaan worden vooraf te scripten, door de stunt uit te vinden die beslissend zal zijn voor de avond en voor de campagne.”

Wekenlang hadden de medewerkers van Dukakis/Bentsen Republikeinse campagnebijeenkomsten bezocht en daar opnames gemaakt van de speeches van Quayle. Van speeches die ze niet konden bijwonen waren beelden opgevraagd bij lokale televisiestations. Het jonge Congreslid Dennis Eckhart, die was gevraagd om Quayle te ‘spelen’ in de oefendebatten bedoeld als voorbereiding van Bentsen op het televisiedebat, bestudeerde eindeloos de videobeelden en teksten van Quayle. En ineens viel het hem op.

Quayle kreeg bij elke campagnebijeenkomst vragen over zijn jonge leeftijd en onervarenheid. Nadat op een campagnebijeenkomst ergens in één van de Dakotas de vraag weer gesteld was, deed Quayle zijn linkerhand in zijn jaszak en veegde met zijn rechterhand zijn haar naar achteren. “Het gebaar deed mij denken aan Jack en Bobby Kennedy”, zei Eckart later. Vermoedelijk was het een ingestudeerde imitatie. En vervolgens antwoordde Quayle de vragensteller dat het CV van John F. Kennedy en hemzelf veel overeenkomsten bevatte. Beiden waren ze begin ’40 toe ze opgingen voor een functie in het Witte Huis en beiden hadden ze toen een paar jaar ervaring in het Congres.

Analyse

Op een briefje schreef Eckhart de later beroemde aantekening: “This sob thinks he is JFK!” Het viel de medewerkers van Bentsen op dat Quayle de vergelijking met Kennedy steeds meer ging gebruiken op momenten dat hem gevraagd werd naar zijn gebrek aan ervaring. Zelfs zo vaak, dat men er rekening mee hield dat Quayle dit wellicht ook zou doen in het televisiedebat. Het team bedacht dat de Kennedy-vergelijking een kans bood om Quayle aan te vallen.

In de dagen voor het debat tussen de kandidaat-vicepresidenten werd er door het team van Bentsen hard geoefend. Toen Eckhart in zijn rol voor de eerste keer in een oefendebat de vergelijking met Kennedy maakte, reageerde Bentsen aanvankelijk vol ongeloof.  “Vergelijkt hij zichzelf echt met Kennedy?”, vroeg een verbijsterde Bentsen. Maar Bensten wilde aanvankelijk inhoudelijk niet reageren.

Zijn medewerkers maakten zich zorgen om de passieve reactie van Bentsen in de oefendebatten. Ze haalden daarom Bob Shrum bij het team. Shrum was al lange tijd speechschrijver van Edward Kennedy, broer van John F. Kennedy. Aanvankelijk had Shrum aan Edward Kennedy gevraagd om in het openbaar de vergelijking van Quayle onzin te noemen. Maar Edward Kennedy vond dat het beter was dat Bentsen dat zelf zou doen tijdens het debat.

Droomantwoord

Na een lang gesprek met Shrum over de uitspraken van Quayle, zei Bentsen emotioneel en boos dat hij Kennedy had gekend, dat ze samen in het Congres hadden gezeten, dat ze vrienden waren geweest en dat Bensten Kennedy had vereerd. “Quayle kan zich op geen enkele manier vergelijken met John F. Kennedy”.

De stafmedewerkers waren het snel eens dat dit het antwoord zou moeten zijn, als Quayle zichzelf in het televisiedebat zou vergelijken met Kennedy. Bensten zou deze woorden met net zoveel kracht en emotie moeten uitspreken als tegen Shrum, en daarbij Quayle recht aankijken om het gewicht van het moment te benadrukken. Dit zou het 90-seconden moment worden waar iedereen het later over zou hebben. Bentsen bleef nog aarzelen: hij vond het opportunistisch om over de rug van een vermoorde president te scoren. Maar uiteindelijk stemde hij toch in.

Het debat

Tijdens het debat zaten de medewerkers van Bentsen gespannen te kijken. Zou Quayle weer de vergelijking met Kennedy maken? En zou Bentsen de geoefende oneliner inderdaad uitspreken? Het leek er lange tijd op dat Quayle geadviseerd was de vergelijking met Kennedy zorgvuldig te vermijden. Maar misschien wel daardoor bleven zijn antwoorden op vragen naar zijn ervaring vlak en nietszeggend. Wat Quayle als eerste zou doen als president Bush zou uitvallen en hij president zou worden? “Ik zou eerst gaan bidden en dan praten met de staf.”, antwoordde Quayle. De moderators van het debat bleven daarom terugkomen op de onervarenheid van Quayle. Toen de vraag voor de derde keer herhaald werd, leek Quayle geïrriteerd. Na een lang antwoord waarin hij aangaf wat hij zou doen als hij president zou worden en hoe belangrijk dat moment was, haalde Quayle de vergelijking met Kennedy aan.

“I have as much experience in Congress as Jack Kennedy did when he sought the presidency.”

Dit was het moment voor Bentsen! Hij antwoordde hierop met de voorbereide reactie:

“Senator, I served with Jack Kennedy. I knew Jack Kennedy. Jack Kennedy was a friend of mine. Senator, you’re no Jack Kennedy.”

Gevolgen

De reactie van Bentsen sloeg in als een bom. Bentsen werd door deze ene zin bekend, en veranderde in de beeldvorming van een kleurloos iemand naar een bekend en scherp debater. Toen hij later eens een bijeenkomst van een vakbond bezocht, werd de muziek van Rocky  afgespeeld bij zijn binnenkomst. Maar mede omdat Dukakis zelf enkele fouten maakte in zijn debatten tegen Bush, verloren Dukakis en Bentsen de verkiezingen uiteindelijk toch ruim. Ondanks alle voorbereiding: presidentsverkiezingen win je niet door een in de voorbereiding bedachte oneliner. Je kunt ze wel verliezen door een oneliner van een ander: Quayle zou nooit echt van deze klap herstellen. In de beeldvorming bleef hij iemand die te licht was voor het echte werk. Hij stelde zich nog kandidaat voor de presidentsverkiezingen van 2000, maar omdat hij in de eerste peiling als 8e onder de Republikeinse kandidaten eindigde trok hij zich snel weer terug.

 

Zelf leren hoe je je goed op een inhoudelijk debat of presentatie kunt voorbereiden? In een debattraining leer je handvatten die je helpen met je voorbereiding. Nieuwsgierig? Neem vrijblijvend contact op voor meer informatie. Of abonneer je op mijn nieuwsbrief met tips, trucs en debatnieuws.

 

 

 

Share