Prof Gerretson_uitsnede

Het was 19 februari 1952. In de Eerste Kamer vonden de Algemene Politieke Beschouwingen plaats voor de eerste begroting van het Kabinet-Drees II. Na de schorsing voor het diner begon om half 8 ’s avonds de fractievoorzitter van de PvdA, Johan van de Kieft, aan een lang betoog. Plotseling veranderde hij van onderwerp. Van de Kieft begon een tirade tegen zijn collega-Kamerlid Carel Gerretson van de CHU. Van de Kieft stelde dat Gerretson in jaren ’30 fascistische sympathieën had en onderbouwde dat met allerlei citaten uit die periode. “Deze dictatuuraanbidder had nooit toegelaten had mogen worden als lid van de Eerste Kamer”, fulmineerde Van de Kieft. Hij eindigde zijn betoog met het uitspreken van dezelfde banvloek als die de voorzitter van de Dordtse Synode in 1618 tegen de Remonstranten uitsprak:

„Gaat! Met bedrog zijt gij begonnen, met bedrog zijt gij geëindigd, gaat heen!”

Het was niet de eerste persoonlijke aanval op Gerretson in een debat. Het zou ook niet de laatste zijn. Het leek wel of iedereen, ook mensen uit zijn eigen partij, een hekel aan hem had. Wie was deze politicus en waarom riep hij zoveel negatieve reacties in debatten op?

Biografie

Frederik Carel Gerretson werd geboren op 9 februari 1884 in Kralingen (Rotterdam) in een orthodox-protestants gezin. Zijn vader Bartholomeus Johannes Gerretson was verfhandelaar, maar werd later een opvallend Tweede Kamerlid namens de CHU. De jonge Carel Gerretson volgde eerst een opleiding aan de handelsschool en daarna een opleiding aan de militaire academie. En in 1906 begon hij aan de studie wijsbegeerte aan de Universiteit van Utrecht. Na enkele maanden studeren kwam hij echter in een ‘persoonlijke crisis’ terecht en vertrok naar Mexico en de Verenigde Staten. Eind 1907 keerde hij terug naar Europa en begon hij aan een studie Sociale Wetenschappen in Brussel. Na het afronden van zijn studie werkte hij enkele jaren bij het Ministerie van Koloniën. Ook promoveerde hij naar eigen zeggen in 1917 in Heidelberg op een ongepubliceerd proefschrift ‘Die Funktion des Staates und die Wirtschaftsform bei den niederen Jägervölkern’.

Nog tijdens zijn studie, in 1911, debuteerde Gerretson onder het pseudoniem Geerten Gossaert met zijn dichtbundel Experimenten. Voor deze bundel kreeg hij veel lof en tot ver na zijn dood zijn herdrukken verschenen. In 1950 won hij voor deze bundel en voor zijn latere essays en boeken de Constantijn Huygensprijs.

Tussen 1917 en 1925 werkte hij als persoonlijk secretaris voor de directie van de Bataafsche Petroleum Maatschappij, een van de voorlopers van Shell. Hier werkte hij onder andere voor de latere premier Hendrikus Colijn. Vanuit deze functie reisde Gerretson naar onder andere Nederlands-Indië en de Nederlandse Antillen. In deze periode begon hij met het schrijven van de Geschiedenis der ‘Koninklijke’, wat uiteindelijk een vijfdelig boek zou worden over de geschiedenis van Shell.

Opvattingen over Groot-Nederland

Gerretson was een romanticus, die qua opvattingen in de 19e eeuw was blijven hangen. Hij droomde zijn hele leven lang van een Groot-Nederland. Tijdens de Eerste Wereldoorlog steunde hij de Activisten, een Vlaamse beweging die door samenwerking met de bezettende Duitsers probeerde Vlaanderen en Nederland in een federatie samen te laten werken. Ook werd hij prominent lid van de Dietsche Bond, een Nederlandse vereniging die de Vlaamse Zaak steunde. In 1926 was hij een van de leiders in het verzet tegen een nieuw verdrag tussen Nederland en België, dat onder andere moest zorgen voor een betere toegang tot de haven van Antwerpen. Gerretson en zijn medestanders waren bang dat dit verdrag vooral ten goede zou komen van de Franstaligen in België. Mede dankzij het verzet van Gerretson werd het verdrag in de Eerste Kamer verworpen, wat leidde tot het ontslag van verantwoordelijk minister Van Karnebeek.

Flirt met het fascisme

In 1925 was Gerretson medeoprichter van de Nationale Unie, een rechtse denktank met enkele antidemocratische uitgangspunten. Als voorzitter van deze beweging werkte Gerretson aan de fusie van de Nationale Unie met de Algemeene Nederlandsche Fascisten Bond (ANFB) in 1933 tot de Corporatieve Concentratie, waarvan hij ook voorzitter werd. Gerretson pleitte in deze tijd voor een variant van het fascisme die paste bij de Nederlandse geschiedenis, met veel waardering voor corporaties, gezin, tradities en de kerk. De Corporatieve Corporatie viel echter al na een paar maanden uiteen.

Zowel de Nationale Unie als de Corporatieve Corporatie zijn nooit openlijk racistisch of antisemitisch geweest, in tegenstelling tot andere fascistische groeperingen uit die tijd. Tegelijk zijn van Gerreston diverse uitspraken bekend waaruit blijkt dat hij de blanke, Europese bevolking zowel zedelijk als intellectueel superieur aan niet-Westerse volken beschouwde. Gerretson vond daarom dat Europese landen niet zozeer het recht maar vooral de plicht hadden te heersen over volken buiten Europa. Nederland zou zijn koloniën dus ook nooit moeten opgeven. Anders dan de NSB nam hij wel vrijwel vanaf het begin publiekelijk afstand van de rassenleer van Nazi-Duitsland, die hij scherp veroordeelde.

Werkzame jaren

In 1925 werd Carel Gerretson benoemd tot bijzonder hoogleraar Koloniale Geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Utrecht. In 1938 kwam daar een benoeming tot bijzonder hoogleraar Constitutionele Geschiedenis van het Koninkrijk bij.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Gerretson enige tijd door de Duitsers gevangen gehouden in het Oranjehotel in Scheveningen. Dit gebeurde nadat hij een lezing, waarbij Duitsers in de zaal zaten, was geëindigd met een gebed: “Heer, verlos ons Nederland”. Het grootste deel van de bezettingstijd besteedde Gerretson aan het verder schrijven aan de geschiedenis van Shell.

Na de oorlog behoorde Gerretson tot de eerste hoogleraren die weer aan het werk mochten. Zijn tijd bij de Nationale Unie en de Corporatieve Concentratie werd hem niet verweten. In deze jaren speelde de ‘Indische kwestie’, de strijd voor onafhankelijkheid van Indonesië. Als vurig aanhanger van een Groot-Nederland met koloniën, was Gerretson een zeer fel tegenstander van de Indonesische onafhankelijkheid. Hij schreef honderden uiterst kritische artikelen gericht tegen het beleid van de regering.

Hij viel zelfs de in de jaren na de oorlog zeer populaire koningin Wilhelmina aan. Tijdens een lezing beschuldigde hij haar tegen het belang van het koninkrijk te hebben gehandeld inzake Indië. “De koninklijke onschendbaarheid is niet oneindig”, dreigde Gerretson vergeefs. De aanval op de koningin kwam hem op veel kritiek te staan, ook van medestanders in de strijd tegen de onafhankelijkheid van Indonesië.

Debatstijl

Om meer invloed te hebben, aanvaardde hij in 1951 het lidmaatschap van de Eerste Kamer namens de CHU. Dit lidmaatschap vervulde hij zeer eigenzinnig. Hij leek iedereen te wantrouwen en deinsde er zelfs niet voor terug om zijn eigen fractiegenoten en ministers publiekelijk in het debat aan te vallen.

In zijn spreekteksten was zijn liefde voor poëzie en proza goed te horen. Gerretson maakte veel gebruik van archaïsmen (bewust ouderwets klinkende formuleringen), een stijlvorm die in de door Gerretson bewonderde periode van midden 19e eeuw ook populair was. Tegelijk was zijn debatstijl chargerend, spottend en keihard op de persoon waarbij hij harde beschuldigingen niet schuwde.

Zo zei Gerretson: “Vroeger zou dit verraad met de doodstraf zijn bestraft” tegen zijn eigen partijgenoot minister Kernkamp, nadat deze het Statuut voor het Koninkrijk had opgesteld waarin Suriname en de Nederlandse Antillen meer zelfstandigheid kregen. Eerder had hij bij de Parlementaire Enquêtecommissie naar het beleid van de regering in de oorlogsjaren al drie ministers van landverraad beschuldigd. Deze ministers zouden in mei 1940 de Duitse doortocht door het zuiden “mogelijk hebben gemaakt danwel hebben vergemakkelijkt”. Gerretson stond alleen in deze beschuldiging en kon deze nooit hard maken.

Gerretsons grootste probleem was dat als hij eenmaal een standpunt had ingenomen, hij weigerde te bewegen. Hij vergat dat het in debatten ook draait om luisteren naar de argumenten van anderen. Gerretson was zowel figuurlijk als letterlijk doof voor tegenargumenten: hij leed vrijwel zijn hele leven aan hardhorendheid en had in debatten de gewoonte zijn gehoorapparaat uit te zetten als zijn opponenten aan het woord waren.

Vaderlijk advies

Gerretson lokte regelmatig felle tegenreacties uit. Hij trok zich daar weinig van aan en sloeg verbaal keihard terug. Toen Eerste Kamerlid en burgemeester van Delft Dirk de Loor (PvdA) zich in een debat hardop afvroeg waar Gerretson eigenlijk was geweest in de jaren 40-45, antwoordde Gerretson gevat:

“De heer Gerretson zat onder andere in het Oranjehotel en hij heeft daar de heer De Loor gemist.”

En nadat ook minister-president Drees hem in een debat aanviel op zijn debatstijl, sloeg hij bij een interruptie zo hard op de regeringstafel, dat het waterglas van de premier op grond viel.

Drees verweet Gerretson vooral dat hij regelmatig andere politici beschuldigde, maar nooit met bewijs kwam. Maar Drees was niet alleen hard in zijn kritiek op Gerretson. Hij sprak de op dat moment 72-jaar oude politicus ook vaderlijk toe in een debat in de Eerste Kamer:

“Wantrouw uw wantrouwen, het bedriegt u vaker dan dat andere mensen u bedriegen.”

De laatste jaren van zijn leven besteedde hij vooral aan het vierde en vijfde deel van de Geschiedenis der ‘Koninklijke’ . Deze delen zouden postuum verschijnen. Ook schreef hij wekelijks een artikel voor de Telegraaf over een actueel of historisch onderwerp. Na de verkiezingen van 1956 keerde hij niet terug in de Eerste Kamer. Hij had het jaar ervoor een hartaanval gehad en zijn gezondheid nam af. In de zomer van 1958 werd Gerretson ernstig ziek. Hij overleed in oktober 1958 op 74-jarige leeftijd.

Meer informatie

Wil je scherp in het debat zijn, maar niet zoals Gerretson je tegenstanders beledigen? Een debattraining helpt je scherp op de inhoud maar vriendelijk naar de persoon over te komen.  Interesse? Neem vrijblijvend contact op om de mogelijkheden van een debattraining te verkennen. Of abonneer je op mijn nieuwsbrief en ontvang viermaal per jaar tips, trucs en analyses. 

Share